Dit ben ik! | 7 september 2023

Ergens een jaar of 45 geleden valt er een kaart in de brievenbus. Net daarvoor is mijn moeder aan het stofzuigen en klinkt de muzikale fruitmand op de radio. Niet eens op de achtergrond maar boven het geluid van de stofzuiger uit. De kaart is een uitnodiging voor de kleuterschool, ik ben van harte welkom in het nieuwe schooljaar. Ik kan me herinneren dat ik het hartstikke spannend vond maar ook dat ik er zin in had. Fantastische jaren bij juffrouw Gijzel en natuurlijk een schoolfoto.

Vele schoolfoto’s volgden maar deze koester ik. Naast dat ik als een kind zo blij was met de jurk op de foto:  Als het wat kouder was kon er een blouse onder en als het warm was ‘met zonder mouwen’ (Gewoon een slimme zet van m’n moeder). Is het ook de enige schoolfoto waar mijn pony én m’n gebit in takt zijn.

De jaren daarna volgde er dubieuze, asymmetrische of te korte pony’s . Gevalletjes ‘nog even bijknippen voor de foto’. En die tanden heb ik gewisseld tot ver op de middelbare school. Terug naar de foto, ik zie mezelf en mogelijk is het buitenkantje wat veranderd, de blik is hetzelfde en voelt nog steeds hetzelfde. Dit ben ik!

Oude liefde | 3 september 2023

Eind jaren ’80, ik zit op de padvinderij maar vind het niks. De activiteiten die plaatsvinden in het naastgelegen gebouw liggen mij veel meer, een clubje mensen dat iedere zaterdag op excursie gaat om vogels te kijken. En zo gebeurt het dat ik op een zaterdag op mijn oude witte opoefiets, ergens in de winter bij weet ik veel hoeveel graden onder nul, de Haringvlietbrug overfiets naar de Ventjager.

We sluiten ons aan bij de JNM en als ons clubje kleiner wordt ga ik mee op excursie met een groep uit Dordrecht. Niet op de fiets over de brug maar door de tunnel. Vele zaterdagen en een zomerkamp volgen om elkaar vervolgens uit het oog te verliezen door studie en verhuizingen.

Ruim 10 jaar later loop ik stage in Amsterdam bij Henk van der Geest lichtontwerpen. Voor de afsluiting van mijn stage gaan we naar Texel, we eten gezamenlijk in de Worsteltent en er wordt doodleuk gezegd dat de laatste boot vertrokken is en dat we een weekend op het eiland blijven.Vervolgens kom ik een tijdje niet op het eiland maar daar komt in 2016 verandering in. Ik maak kennis met het werk op een schapenboerderij en de jaren daarna ben ik er weer regelmatig, meestal om mijn handen uit mijn mouwen te steken. Tijdens een lunch in de Worsteltent komt Henk aanlopen, een onverwacht weerzien.

Een paar maanden later neem ik contact op met hem voor een weerzien zoals we afspraken in de Worsteltent. Hij weet alleen niet wanneer het lukt om af te spreken want hij is op dat moment erg ziek In juni van dat jaar overlijdt hij. Hij wordt op Texel begraven en ik bezoek een zomer later het prachtige gedenkteken dat voor hem gemaakt is, haal een kaasje uit de automaat bij de Waddel, neem een duik in zee bij Paal 9 en ga langs vrienden.

Half juli valt er een uitnodiging in de bus, voor een feestje op Texel. En zo ging ik afgelopen weekend weer op vogelexcursie, met een vogeldeskundige die ik 34 jaar geleden leerde kennen, nam een duik in zee en vierde het leven met lieve, oude vrienden bij Paal 9. Het kerkje van Den Hoorn stond prachtig te stralen op de terugweg.

Dansen | 13 augustus 2023

Ik loop de ruimte binnen en er staat muziek aan, veel van de mensen die hier zijn zingen of bewegen mee. Hij kent ieder woord van het nummer dat te horen is en geniet. In een opwelling zeg ik: ‘Kom we gaan dansen’. Niet de meest voor de hand liggende keuze aangezien ik echt niet uitblink in dansen en mogelijk meer een hindernis ben dan waardig danspartner. Hij staat op en we wagen een dansje en zingen mee. En hoe vanzelfsprekend en spontaan dit misschien lijkt, het is allesbehalve dat.

We hebben hem namelijk een tijdje moeten missen, een ontzettend vervelende samenloop van omstandigheden zorgde ervoor dat hij in het ziekenhuis belandde. In coma, aan de beademing, vrezend voor zijn leven. Nu heeft hij ons in de afgelopen jaren vaak verbaasd, versteld doen staan. Al vaak een ontzettende veerkracht getoond. Alleen hadden we het gevoel dat we er niet op mochten rekenen dat hij ook nu terug zou veren. En toch kwam hij uit de coma, ging revalideren en afgelopen week zijn we weer gestart met fysiotherapie.

En zo waagden we samen een dansje en dacht ik aan de volgende uitdrukking: “Wacht in het leven niet tot de storm gaat liggen, maar leer hoe te dansen in de regen.’

Je stem klinkt als muziek | 6 januari 2023

De revalidatie na een operatie verliep niet zoals verwacht en ik had een vermoeden dat er iets anders aan de hand was. Na het delen van mijn gedachten werd een traject van onderzoeken gestart met, helaas, een bevestiging van mijn vermoeden. Ik paste mijn therapie aan op de nieuwe diagnose.

Nog altijd ben ik nauw bij hen betrokken. Iets meer op afstand want ze doen ontzettend veel zelf en zijn erg inventief met het bedenken van oplossingen voor de uitdagingen waar ze voor staan. En steeds worden die oplossingen aan mij voorgelegd zodat ik met hen kan meebewegen en ze eventueel tips kan geven. Een hele fijne samenwerking en een schoolvoorbeeld van zelfredzaamheid.

En dan komt er een telefoontje, op hun trouwdag dus ik feliciteer ze maar er is iets aan de hand: ze heeft haar been gebroken. Een hele lelijke breuk, zo blijkt, in een al eerder geopereerd been. Ze kan niet meteen geopereerd worden want er zijn complicaties. Het is afwachten wat er nu gaat gebeuren.
Na een aantal spannende dagen wordt ze geopereerd, natuurlijk word ik meteen op de hoogte gesteld alleen komen we niet verder dan het steeds inspreken van voicemailberichten. Het belangrijkste is dat het goed gaat met haar.

En na een zware dag, met moeilijke gesprekken, pittige beslissingen, verdrietige mensen. Wanneer ik al met mijn jas aan sta om, eigenlijk veel te laat, eindelijk naar huis te gaan. Gaat de telefoon, ik zie wie er belt, gun mezelf dit gesprek, neem op en hoor: ‘Lianne, wat ontzettend fijn om je eindelijk te spreken. Je stemt klinkt als muziek’.

Circuittraining | 16 september 2022

Ik loop een betonnen trap af, geen trede is gelijk en zelfs als je denkt dat er niks mis is met je balans is dit nog een uitdaging.

Onder aan de dijk kom ik op een pad met stoeptegels terecht, ze hebben vast ooit recht gelegen. Nog steeds loopt het pad een stukje naar beneden want ik ben nog niet onder aan de dijk. Het pad gaat over in een dikke laag grind waar je je doorheen moet ploegen. Er is niet gekeken naar een kuub meer of minder, zeg maar.

Dan kom ik bij de voordeur en bel aan. De deur wordt opengedaan en voor deze deur zit een hordeur die een stootje kan hebben.
‘Kom binnen’ klinkt het en ik kijk in een vriendelijk gezicht met de typische en herkenbare trekken die ik bij veel van de mensen zie die ik behandel.
Ik moet goed opletten bij het naar binnenstappen want de drempel is best hoog. Ik loop de smalle gang door die een beetje voelt als hellingbaan en kom in de knusse huiskamer. Maar niet voordat ik nog twee treetjes heb moeten nemen.

We spreken over het doen van oefeningen, dat bewegen belangrijk is en waar je zoal op moet letten. Onder andere kracht, balans, conditie.
Ze vraagt of ik de rest van het huis even wil zien, dit omdat het voor haar ontzettend belangrijk is om te weten welke aanpassingen er mogelijk gedaan moeten worden. Want ze wil hier zo lang als het kan blijven wonen.

We lopen door het huis, treetjes af, hellingbaan naar beneden, door de deur naar de keuken. Hoekje om, naar de schuur, richting het washok. Sommige mensen zouden deze afstand ‘een blokje om’ noemen. Ze laat me zien hoe ze dingen doet, wat er al is aangepast en wat er op de korte termijn op de planning staat om nog aan te pakken.

En dan komt de vraag: ‘Welke oefeningen moet ik allemaal doen’.
Ik kijk haar aan en zeg: ‘Iedereen met deze uitdaging in het leven zou wensen dat hij zo’n eigen circuit had.’ Het dagelijks halen van de post boven aan de dijk is alleen al voldoende kracht – en balanstraining.

We nemen afscheid en ik moet met behoorlijk wat kracht de deur open doen, neem de stap over de drempel, ploeg door het grind, til m’n voeten op om niet te struikelen over de tegels en probeer met een onmogelijk ritme de betonnen trap op te komen.

Ik sta naast de brievenbus, bovenop de dijk en kijk uit over de rivier, een regenbui komt mijn kant op maar de zon is er nog net. Soms heb je geluk.

Veerkracht | 29 juni 2022

‘Grutto’s, oh dat zijn zulke lastige vogels om te maken’. Ik kijk haar vragend aan. We hebben het over mijn aanstaande vakantie op een Waddeneiland en ik heb haar net verteld waarom ik daar in deze periode van het jaar zo graag ben, vanwege de vogels. Maar dat van het maken van die vogels moet ze me toch even uitleggen want ik kan vanalles bedenken maar het meest handig is om te vragen wat ze bedoeld.

Zelf ging ze ook zo graag op reis verteld ze, vaak is ze in India geweest. En dan komt ook het verhaal over de vogels. Ze maakte namelijk collages van vogels met echte veertjes. Vanuit heel het land werden er veertjes naar haar opgestuurd, want de mensen wisten wat ze deed. De collages werden met uiterste precisie gemaakt, de afbeelding niet van echt te onderscheiden. En ze werden verkocht, zelfs in het buitenland. En de opbrengst van die collages ging naar een goed doel, naar Woord en Daad. Voor een project in India waar met de opbrengst een opleiding werd gefinancierd voor meisjes, om ze een vak te leren en hen een toekomst te bieden. En als die meisjes de opleiding hadden afgerond kregen ze een naaimachine, zodat ze zelf aan de slag konden, zelf richting geven aan hun leven.

En zij ging dan naar deze scholen toe om bij de uitreiking van die naaimachines te zijn. Om met eigen ogen te zien dat haar werk en haar bijdrage waardevol was. En ze mist het nog iedere dag, het maken van de vogels, het reizen, de waardevolle invulling van haar leven. Toen ze verhuisde heeft ze al haar spullen weggedaan, ze had er geen plek meer voor zegt ze, maar vervelender nog, haar ziekte maakt dat ze keuzes moet maken.

Ze vindt nu andere waardevolle invullingen, dat noem ik nou veerkracht.

Je mag blijven liggen | 22 februari 2022

‘Het is jouw feestje.’
Dat was altijd jouw antwoord op mijn vraag wat je vandaag nodig hebt met oefenen.

Ruim twee jaar geleden werd je getroffen door een beroerte. Je revalidatie ging niet over rozen, want we werden getroffen door een pandemie. Na de revalidatie ging je naar huis, liefdevol aangepast zodat je zelfstandig thuis kon blijven wonen.

Een tijdje later kwam ik in beeld. Samen met jou wilde ik kijken wat er mogelijk was. Wat trainbaar was en waar jij het meest mee geholpen zou zijn. Vanaf het begin was duidelijk dat het voor jou niet hoefde. Maar dan tref je het slecht met mij. Hoe harder je roept dat je niet wilt, hoe harder ik mijn best doe om het voor elkaar te krijgen.

Je hebt geschaatst en de techniek die je daarvoor hebt geleerd, kon ik toepassen in de therapie. Ik heb zelf schaatsles en de instructeurs die mij nu lesgeven hebben ook nog met jou geschaatst. Het was een ingang voor een gesprek. Een gedeelde interesse en de broodnodige afleiding tijdens de therapie.

Zo hebben we veel gesprekken gehad, ook over het zeilen. Waar je naar toe zeilde, hoe lang je daar over deed en in welke haven je dan bleef overnachten. Ook daar herkende ik dingen en deelden we de interesse omdat je zeilde op het water waar ik vroeger zeilde. We hebben gelachen om al je belevenissen.

Steeds vaker belde je afDat het niet ging lukken omdat je te moe was.
‘Ik lig net, Lianne’ was je gevleugelde uitspraak.
Mijn antwoord was vaak: ‘Zal ik je laten liggen dan?’
‘Graag,’ zei je.

Het voelde voor jou of je steeds iets moest en niet aan jezelf toe kwam. De herinneringen en gedeelde interesses gaven even afleiding, maar nooit genoeg om je te motiveren om door te gaan. Het besef dat het nooit meer zo zou worden als voor de beroerte heeft altijd de boventoon gevoerd. Het maakte je moe. Levensmoe.

Het was mijn feestje. Wat ik nodig vond om te oefenen deed je, voor mij, niet voor jezelf. Voor jezelf vond je niets meer nodig. Ik zag mogelijkheden, jij niet meer.

En zonder het te weten heb je me zoveel geleerd. Als zorgprofessional, als fysiotherapeut en als mens.

Bedankt daarvoor.

11 januari 2017 | 11 januari 2022

“Standin’ in the Hall of Fame 
And the world’s gonna know your name 
‘Cause you burn with the brightest flame”

Ik heb je leren kennen doordat je zingt in het popkoor, door een aantal levensgebeurtenissen leren we elkaar beter kennen en raken we bevriend.

Je start je eigen praktijk, dat gaat geweldig. We sporten samen, denken samen na over jouw en mijn persoonlijke en zakelijke uitdagingen en daarnaast is er altijd de muziek die ons verbindt.
Je komt naar ieder optreden van de band en bent mijn grootste fan. Zelf zing je ook ontzettend graag en geniet van alle kooravonden, zangarage’s en zangweekenden.

De eerste keer dat ik meedoe met de Roparun komt mijn team langs jouw huis, jullie staan samen langs de route en we stoppen even. Het is een emotioneel moment want je hebt net te horen gekregen dat je een melanoom hebt. Veel tijd om stil te staan is er letterlijk en figuurlijk niet. Niet op dat moment maar ook later niet, want je bent een vrouw met een missie!

Ons contact wordt intensiever, het sporten wordt steeds belangrijker want je wilt de Alpe d’ Huez beklimmen. Inmiddels weet ik dat wat je in je kop hebt niet in je kont zit dus we gaan er voor, jij gaat er voor! En je doet het, met jouw overwinningslied ‘Standing in the hall of fame’

Je krijgt naast kleine overwinningen vooral veel teleurstellingen te verduren en je knokt, je leven hangt er vanaf.
En ik knok met je mee, voel me machteloos en zoek naar iets waarmee ik je kan helpen. Meelijden kan ik niet, meeleven wel. Ik start met een studie zodat ik je kan ondersteunen in je praktijk, je kan bijna niet geloven dat ik dat voor je over heb. Ik zeg dat dit het minste is wat ik voor je kan doen.

De therapie slaat niet aan en jullie vragen me mee naar de afspraak in het ziekenhuis voor de uitslag van je laatste onderzoeken. Je krijgt te horen dat er niets meer voor je gedaan kan worden, inmiddels ben je door alle therapie zo verzwakt dat het voor jou een zegen is om opgenomen te worden en een beetje aan te sterken. Als je terug bent bedenken we met elkaar hoe we aan de slag gaan in de praktijk, in het proces besluit je dat het niet meer gaat en wilt stoppen. We ronden het met elkaar af en dat geeft je uiteindelijk ontzettend veel rust.

Vanaf het moment dat je slecht nieuws kreeg heb ik dagelijks even aan je gedacht en vaak kwam er dan een nummer op in mijn hoofd. Dat nummer stuurde ik je dan en de gezamenlijke speellijst werd gelukkig steeds langer. Van ‘I’m a survivor’ en ‘Addicted to crying’ tot ‘Fix you’ en ‘Holy Holy‘. Ik weet niet meer hoeveel nummers ik gestuurd heb maar steeds was jouw gemoedstoestand, ervaring, beleving of emotie van dat moment inspiratie voor mijn keuze.

En toen het bijna niet meer ging hebben we met een klein groepje nog samen met je gezongen. Hoe toepasselijk ‘Don’t worry about me‘. Ook jij had jouw partij ingestudeerd.

Op de dag dat je afscheid moest nemen van het leven heeft onze speellijst steeds gespeeld. We waren juist onderweg naar je toen we het bericht kregen dat je er niet meer was. De dagen daarna was ieder nummer dat we gedeeld hebben van toepassing en een ontzettend fijn houvast.

Ik zong ‘Love on the rocks’ voor je en je eigen zangcluppie was er voor een muzikaal eerbetoon tijdens jouw herdenking.  Je liefste vrienden hebben de dienst geleid.

Ik heb er vijf jaar voor nodig gehad om dit te kunnen schrijven, een klein deel van wat we allemaal met elkaar hebben beleefd. Je verdient het zo om herinnert te worden!

 

Tandartsgevoel | 5 januari 2022

Na mijn tandarts bezoek mag ik uit de glazen pot, die op de balie van de assistente staat, een klein, gummidiertje uitzoeken. Na een paar jaar heb ik het halve oerwoud verzameld en steeds als ik zo’n diertje mag uitzoeken geeft het datzelfde gevoel: trots op dat ik het weer doorstaan heb!
We schrijven kleuter- en lagere schooltijd.

Eind vorig jaar, toch wel zo’n 4 weken geleden, werd ik getest om te weten of ik geschikt zou zijn als bloeddonor. Gewoon bloed af laten nemen zodat het gebruikt kan worden voor allerlei medische doeleinden. Vooral voor andere mensen. Ik krijg te horen dat ik geschikt ben (wat voor mezelf ook een fijn bericht is) en net voor oudjaar krijg ik een oproep.

En daar ging ik vanmorgen, ik vond het serieus spannend. Waarom, geen flauw idee, tandartsgevoel?
Ik ga naar binnen en krijg een warm onthaal. Als je even in een dipje zit zou ik je aanraden om bloeddonor te worden!

Omdat ik een hele algemene bloedgroep heb, die daarom ook veel nodig is, wordt me gevraagd of ik wil overwegen om ook bloedplasma te geven. Mijn aderen moeten daar wel geschikt voor zijn, iets met rek en stevigheid. Na het lezen van de informatiefolder wil ik ontzettend graag dat mijn aderen goedgekeurd worden! Ik wist niet dat er zoveel nodig is. Ik mag gaan zitten en de volgende, ontzettend aardige verpleegster, komt bij me. Zij controleert mijn aderen en deze worden goed bevonden.

Tijdens het bloed afnemen kijk ik om me heen, ik zie allemaal mensen die respectvol en hartverwarmend bezig zijn met andere mensen, die belangeloos geven voor medemensen. En daar word ik zo gelukkig van.

Als ik klaar ben vraagt de verpleegster hoe ik me voel, want ik ben wat klammig. Ik zeg dat ik het spannend vond en dat ik verder ok ben. Ik krijg een kaart dat mijn donor carrière is begonnen, ik heb een afspraak om ook plasma te geven en….een sleutelhanger met mijn bloedgroep er op!

Ik loop naar buiten met een glimlach, het voelt hetzelfde als het uitzoeken van een gummidiertje bij de tandarts. Er zit een kleine 40 jaar tussen.

Gevangen | 12 augustus 2021

Hij tekent een vorm op de muur.

‘Europa?’ vraag ik.
Hij schudt nee en wijst richting het Zuid-Oosten.
‘India?’
Een zucht en gemompel. Hij schudt weer nee en wappert met zijn rechterhand. Verder… Ik denk na, hij tekent een nieuwe vorm.
‘Australië?’
Een grote glimlach. Ja!

We kijken samen naar een grote afdruk van een door hem gemaakte foto. We zien een strand met strandpalen en tussen de rij strandpalen door zie je in de verte een stad. Opnieuw wijst hij en ik moet graven in mijn topografische kennis. Gelukkig zijn er niet zo heel veel grote steden in Australië en geeft hij de richting goed aan.
‘Melbourne?’
Ja!

Na de therapie bij hem aan huis krijg ik een rondleidingIk zie nog meer schitterende foto’s. Van balletdansers, toneelvoorstellingen, vuurwerk, mensen en landschappen. Ik zie een kamer vol camera’s, lenzen, fotopapier, grote afdrukken en posters. Hij wijst en hij mompelt. Door zijn gebaren wordt me duidelijk wat dit allemaal betekent voor hem betekent. Reizen, fotograferen, selecteren, bewerken, afdrukken… het is zijn lust en zijn leven.

Het was zijn lust en zijn leven. Want nu kan hij bijna niets meer. Na een doorgemaakte beroerte kan hij zijn rechter lichaamshelft, en met name zijn arm en hand, nauwelijks meer gebruiken. Fotograferen kan hij daardoor niet meer. Maar ook het lopen gaat moeilijk. Alles kost moeite en veel doet pijn.

Nu hij de foto’s niet meer kan maken, wil hij me er graag over vertellen. Woorden geven aan zijn ervaringen en uitleg geven over hoe die mooie foto’s tot stand zijn gekomen. Maar hij heeft de woorden alleen nog in zijn hoofd. Hij kan nauwelijks meer praten. Als hij veel moeite doet, komt er – met veel zuchten en mompelen – een korte zin uit, gevolgd door steeds ‘nee’ zeggen. Als ik vraag of hij de woorden wel op zou kunnen schrijven of typen, schudt hij ook van nee.

Het zit gevangen in zijn lijf.